Kleur bekennen
De felle kleuren van de bladeren die nog niet door de wind en regen uit de bomen zijn gewaaid geven het seintje dat het echt herfst is. De tijd van het jaar waarin de natuur nog één keer flink uitpakt. Ik word getrakteerd op een bont bladertapijt van warm geel, gloeiend oranje en heldergroen. De onderste laag is een glibberige, donkere smurrie, een vers dwarrelend knalgeel blaadje steekt fel af.
Loslaten, dat is wat de bomen doen. Alles wat niet meer nodig is, laten gaan. De bladeren worden opgenomen in de bodem en vormen de voeding voor later. Is dat niet de ware aard van ons allen? In deze periode de dingen laten gaan die niet helpend zijn. Ruimte maken – voedingsbodem scheppen – voor rust en bezinning en van daaruit met nieuwe energie te bloeien.
Ik kan mij niet meer voorstellen hoe het is om dag in, dag uit in de bakkerij te zwoegen in dit seizoen van loslaten. Mijn hele systeem schreeuwde destijds om rust, om te laten gaan en mijzelf fysiek terug te trekken, met een boek en een kop thee op de bank. Het werk riep om iets heel anders. Produceren, creëren, doorgaan. Die gevulde speculaas, brownies, pecankoeken en amandelstaven moesten over de toonbank gaan. Tegen welke prijs dan ook.
Geen wonder dat ik bijna elk najaar neerslachtig werd. Mijn batterij liep leeg op de prestatiedruk, die niemand anders dan ikzelf hoogstpersoonlijk mij oplegde. Het enige wat ik deed om het te verlichten was… ja ja, nog harder werken. Mouwen opstropen, mijzelf een schop onder de kont geven en gaan. Elke bakker doet dit toch? Dus dan kon ik dat ook; 7 dagen in de week, slaap of geen slaap, lichamelijke pijntjes negerend. Ik stond er, mijn eigen behoefte aan rust compleet aan de kant gezet.
Tegen welke prijs dan ook?
Mijn eerste najaar zonder de bakkerij bevalt goed. Ik geniet van de natuur die de terugtrekkende beweging allang heeft ingezet. Laatst zwom ik in het inmiddels koude water en zag gekromde wilgenblaadjes op het water dobberen, als kleine zeilbootjes dreven ze maar wat op het water, met ‘no direction home, a complete unknown’. De zonsopgang voegde een beetje magie toe aan dit prachtige verstillende beeld.
Het hoeft allemaal niet meer zo hard, zo veel, zo snel. Ik hoef dat niet meer. Ook ik maak een terugtrekkende beweging. Waar ik voorheen mijn tripjes naar de sportschool vroeg in de ochtend inplande om daarna gedoucht, afgemat en vol fijne stofjes in mijn lijf – voor zolang dat duurde – aan de werkbank te staan, neem ik nu op mijn vrije dagen gerust een hele ochtend de tijd voor een uurtje sporten. En als ik dan fris en wel buiten sta en de zon schijnt, ach dan is omfietsen naar het terras voor een koffie geen verkeerde beslissing. Alles wat ik moet doen, kan ook later. En als het niet later gebeurt, misschien was er niet zoveel te moeten. Het enige wat ik nu moet, is bekennen dat deze vertraging mij uitermate goed past.