Ergens in de verte
Ik houd er van om een stip op de horizon te hebben, gewoon ergens in de verte iets om naar toe te leven. Dat geeft richting, dat geeft zin. Dat maakt (zeker als het een heel leuke gebeurtenis is) een hormoon vrij die goed gaat op anticipatie, je weet wel dopamine. Voor iemand zoals ik met een grote behoefte aan dopamine is elke opleving een lekkere kick. Onderweg, de grote stip in de gaten houdend, zijn er natuurlijk kleinere dingen in het leven die het de moeite waard maken en de onverwachte dingen, die soms de boel helemaal op de kop zetten en elk doel of plan (tijdelijk) van de kaart vegen, zodat er elders op de horizon een nieuw punt verschijnt.
Zo had ik, na de hectiek van het afsluiten van mijn bakkerscarrière, een volgende dikke vette stip, laten we het een evenement noemen, op de horizon gezet. Een buikoperatie met aansluitend een ruime herstelperiode. Volgens de berichtgeving van het ziekenhuis zou ik midden februari aan de beurt zijn. Okee, duidelijk. De hele maand januari een lege agenda. Ik nam de tijd om vrienden te zien, koffie te drinken, veel te wandelen en lezen. Al deze afspraken vormden kleine markeringen op de weg naar die operatie, in de verte.
Kleine kanttekening: Iets om naar toe te leven vind ik fijn, maar langer dan een half jaar van te voren dingen vastleggen of weten wat ik ga doen, werkt juist weer averechts. Dat kan ik niet overzien, dat geeft ook onrust. Geen vijfjarenplan voor mij. Het niet weten wat ik na de herstelperiode ga doen of waar ik mij dan bevind is voor nu prima.
Eind januari naderde, daarmee ook mijn verjaardag op 1 februari. Normaal gesproken is dit een happening, waar ik graag bij stil sta, maar nu kreeg de operatie alle aandacht. Maar kwam die operatie eigenlijk wel dichterbij? Ik had nog geen oproep gehad en besloot zelf te bellen.
‘Meent u dat?’ Ik dacht dat ik de medewerker niet goed verstaan had. Half maart. Half maart mag ik mij melden in de het ziekenhuis. Allemachtig, nog vijf weken wachten, een kleine teleurstelling ging door mij heen. Hoe erg ik verlangd had naar vrije tijd toen ik ondernemer in de bakkerij was, hoe zeer ik nu baalde dat ik nog weer vijf weken met vrienden kon afspreken, koffie drinken, wandelen en lezen. Dat uitrusten had ik wel gezien. Uit met de rust!
De meeste mensen die mij kennen, weten dat ik heel graag de Camino de Santiago de Compostela in Spanje wil gaan wandelen. En dan voor de kenners: de Route Norte langs de Atlantische kust van Noord-Spanje. Mooi landschap, fijne taal, de oceaan binnen handbereik (voor misschien een dip of 2, 3). Vijf weken lopen met een rugzak op, dat leek mij wel wat. Zoals ik al zei, ik houd graag van stippen op de horizon. Dus het oorspronkelijke plan was om na de verkoop van de bakkerij even een paar weken, maanden te acclimatiseren in het leven zonder bakkerij en dan in het voorjaar de schoenen onder te binden en vanaf Irún (grens Pyreneeën) naar Santiago te lopen. Leuk, die plannen, maar dat ging dus mooi niet door, vanwege de aanstaande operatie.
En nu dus nog eens vijf weken wachten. De onrust in mijn lijf accepteerde dat niet. Opeens moest ik denken aan mijn ‘new found friends’ Greg en Judy, een ouder stel uit de VS. Tijdens mijn vrije januarimaand was ik drie dagen naar Texel geweest. In de Stayokay waar ik verbleef schoven Greg en Judy bij mij aan de tafel voor het avondeten. De lauwe stamppot andijvie was een goede gespreksopener. Ze vertelden enthousiast over de Camino de Santiago, waarvan ze twee versies al hadden afgelegd. Voor de kenners: de route Frances, de populairste, en de Route Portugues, één van kortere stukken. Hun verhalen over de route Portugues schoten mij te binnen toen ik bedacht wat ik in hemelsnaam in die ‘wachttijd’ kon gaan doen.
Kort verhaal lang: ik heb een nieuwe stip op de tijdlijn onderweg naar de operatie gezet. Ik neem een kleine detour en wandel via Porto, Portugal, naar Santiago de Compostela, Spanje. Om een week, voordat ik mij in het ziekenhuis mag melden, weer thuis te zijn. Zo’n lange wandeltocht vergt enige voorbereiding. Komt dat mooi uit, ik heb alle tijd om online naar routes te zoeken en tips voor bepakkingen te lezen. Dus ik stuiter nu door het huis met de hoogst noodzakelijke spullen om alvast bij mijn rugzak te leggen. Ik kom een Portugees woordenboekje in de boekenkast tegen: meenemen om met de locals te kunnen converseren? Ik leen her en der wat onmisbare dingen. Aangeraden wordt om minimaal 15 weken van te voren met het trainen te beginnen. Oeps, zoveel tijd heb ik nu ook weer niet. Ik heb al aardig wat kilometers in de benen door alle korte wandelingen van de afgelopen ‘rustperiode’. De laatste paar weken zijn er wat langere wandelingen bijgekomen en heb ik zelfs een paar keer met bepakking gelopen. Zou ik er op doorzettingsvermogen, wilskracht en de opgedane fitheid door Crossfit en die keren wandelen kunnen komen? 13 dagen van ca. 25 kilometer lopen met 6 kilo op mijn rug? Ik heb geen idee, maar ik heb wel enorm veel zin om deze stip aan de horizon te bereiken. Telt dat ook?
Ultreia!